Het jaar 2020 gaat niet alleen de boeken in als het jaar van de pandemie, maar ook als het warmste jaar ooit (sinds er metingen worden gedaan). In Zwitserland smelten sommige gletsjers in zo’n schrikbarend tempo dat ze in de zomer bedekt worden met een speciale, witte en reflecterende textielsoort: het gepatenteerde Geotextiel. Dat fascineerde de Zwitserse fotograaf Douglas Mandry, die na zorgvuldig experimenteren een manier vond om de stof te gebruiken als materiaal om te bedrukken. Tot en met 30 januari is het werk van Mandry te zien bij Bildhalle in een online only tentoonstelling op GalleryViewer.
Voor de serie ‘Monuments’ maakt hij gebruik van vintage foto’s uit de vroeger 20e eeuw. Dat zijn foto’s van amateurs die het landschap vastlegden, maar daarmee ook mede het startschot gaven voor massatoerisme in de Zwitserse alpen. Om die reden zie je hier geen skiliften of andere symbolen van toerisme, waardoor het majestueuze landschap centraal staat. Door deze beelden te combineren met het Geotextiel probeert hij vast te houden aan de Alpen zoals ze waren, maar nu beschermd door het materiaal. Mandry: “Lithografie is een oude techniek die veel handwerk vereist. Het resultaat is moeilijk onder de knie te krijgen en laat zich moeilijk voorspellen. Elke afdruk is daardoor een uniek werk en elke foto wordt maar één keer afgedrukt.” Met deze serie werd Mandry geselecteerd voor de prestigieuze Foam Talent Award 2020: de award die Foam jaarlijks aan 20 talenten toekent.
Mandry deed voor het project ook onderzoek op locatie bij de Gurschen gletsjer, in de buurt van het Zwitserse dorp Andermatt, waar een team aan specialisten sinds 2015 ieder jaar het ijs beschermt met 4000 m2 aan Geotextiel-strips, gebruikmakend van gigantische rollen folie. Dit gebied pakt de meeste zonuren, waardoor het ijs hier het snelst smelt, wat vervolgens gevolgen heeft voor het smelten van het ijs op andere plekken. Het textiel, gemaakt van polyester en polypropyleen, stabiliseert de temperatuur en vertraagt het smeltproces aanzienlijk. Het materiaal blijft vervolgens de hele zomer liggen. De techniek werd in 2005 voor het eerst, met succes, toegepast in Groenland. Toch moet ook naar andere oplossingen gekeken worden voor op de langere termijn, want het bedekken van de gletsjer kost jaarlijks €65.000, wat voor grotere oppervlakken onbetaalbaar is. Mandry hergebruikt het Geotextiel aan het eind van het seizoen, waardoor zijn werken op sommige plekken sporen en vlekken van het smeltwater bevatten.
Terwijl Mandry na afloop van het zomerseizoen op locatie was in Zwitserland om het Geotextiel te verzamelen, gebruikte hij ook een aantal blokken ijs: specifiek het ijs dat in het voorgaande seizoen beschermd werd door de stof. Deze ijsblokken plaatste hij in een zelfgemaakte houten grootformaat camera. Het licht wordt rechtstreeks door het ijs op fotogevoelig kleurenpapier geprojecteerd, via specifieke diafragma-luiken die in de houten camera zijn geboord. Wat volgt is een proces - dat soms dagen duurt - waarbij het smelten van het ijsblok, en daarmee het vrijkomen van licht, een spoor achterlaat op het fotopapier. Het fysieke smeltproces - en daarmee het probleem dat klimaatopwarming verergert - wordt daarmee vastgelegd op beeld. In een donkere kamer wordt de foto vervolgens ontwikkeld. Er ontstaat op die manier een abstract beeld dat bijna iets weg heeft van de kosmos. Vervolgens print Mandry het beeld op glasplaten met behulp van een industriële printtechniek. Op deze manier brengt de kunstenaar het voor de natuur zo gevaarlijke smeltproces heel direct in beeld. Mandry maakt dus gebruik van traditionele methoden om een pijnlijk actueel probleem te visualiseren. Hij waardeert daarbij het abstracte element in deze serie omdat hij het ziet als een metafoor voor de complexiteit van de achterliggende processen achter klimaatopwarming — en de onmogelijkheid om dat te visualiseren in één beeld. Tegelijkertijd maakt hij de urgentie aanzienlijk minder abstract: het Geotextiel brengt de pogingen om de opwarming van de aarde te vertragen ineens heel dichtbij.