In de rubriek ‘De keuze van…’ laten we een keur aan kunstliefhebbers (van incidentele kopers tot kunstprofessionals) aan het woord over hun beleving van kunst, en vragen we naar hun voorkeuren: waar zien ze het liefste kunst? Waar kopen ze, en vooral: wie kopen ze? In dit deel Jeroen Princen (Advocaat, 55 jaar)
Wat betekent kunst voor jou?
Ik ben als advocaat al jaren bezig met bedrijven in moeilijkheden. Curator, maar niet in de kunsten. Kunst is mijn medicijn om van het leven te genieten: a source that keeps on giving. Kunst is het luikje naar een mooiere en betere wereld. En dat is al eeuwen zo. Als ik behoefte heb aan schoonheid is er een voorraad schoonheid van eeuwen voorradig, als ik maatschappelijke ontwikkelingen wil zien en begrijpen, wend ik me tot visies van denkers en beelden van kunstenaars. Je leent de hersenen en gevoelens van kunstenaars door naar hun werken te kijken, en dat geeft mij dan weer inspiratie voor de werkzaamheden van alledag. Door kunst krijg je vertrouwen in de mensheid en ben ik per saldo een optimist en levensgenieter.
Heb je kunst van huis uit meegekregen of heb je zelf je pad moeten vinden?
Gelukkig heb ik het gevoel voor schoonheid vanuit mijn ouders meegekregen. Zij hebben Rotterdam zien platbombarderen, dan ga je daarna vanzelf op zoek naar schoonheid. Wij konden vroeger op vakantie geen gotische kerk voorbij rijden zonder te stoppen, er was altijd toneel in de schouwburg, klassieke muziek en jazz, maar ook naar Toppop keken we allemaal samen. We gingen regelmatig naar het Bonnefantenmuseum in Maastricht, maar ook naar musea in Luik en Aken. Geld om kunst te kopen was er niet echt, maar dankzij afbetalingsregelingen bij lokale kunstenaars ben ik wel opgegroeid met kunst in huis. En dus ook met het langdurige plezier dat gekochte kunst je geeft. Als avondstudent heb ik nog twee jaar kunstgeschiedenis gestudeerd, maar bij het leren van vijftig termen bij zilver en houtbewerken ben ik afgehaakt. Ik wilde alles weten van Vermeer, Rembrandt, Velasquez en Heda, maar dat zat toen niet in de opleiding.
Waar haal je je informatie over het wel en wee in de kunstwereld vandaan: krant, vakbladen, televisie, online?
Ik lees van alles, NRC Handelsblad en Trouw besteden gelukkig veel aandacht aan kunst. Galeries sturen mij informatie toe en ik bezoek ook veel musea. Maar ook documentaires van ‘2Doc’ of ‘Close Up’ op televisie, zoals bijvoorbeeld een prachtige documentaire over Christo. Online check ik tentoonstellingsagenda’s en bestudeer oeuvres van kunstenaars. Op Instagram volg ik kunstenaars, galeries en musea, dat geeft ook instant plezier.
Waar bekijk je het liefste kunst? In een galerie, museum, een beurs of online?
Dat is heel verschillend. Ik kijk anders als ik misschien kunst ga kopen dan wanneer ik weet dat ik de kunst niet te koop of te duur is. Een museale tentoonstelling bekijk ik graag alleen en is meer een contemplatieve of leerzame ervaring. De Pont in Tilburg is heerlijk, ik kom veel in het Gemeentemuseum (tegenwoordig Kunstmuseum geheten) in Den Haag en in (voorheen) Witte de With. In een galerie wil ik graag over de werken kunnen praten als het werk mij triggert. Ik kom al dertig jaar in galeries, en door sommige galeriehouders heb ik echt leren kijken. Wijlen Hans Sonnenberg van Galerie Delta heeft mij ingewijd in de figuratieve schilderkunst, Mirjam de Winter van PHŒBUS•Rotterdam heeft mij leren kijken naar abstracte kunst en werken met het kleine maar betekenisvolle gebaar. Bij Upstream Gallery in Amsterdam en Dürst Britt & Mayhew in Den Haag kan ik ook goed praten over kunst, en leer ik altijd iets nieuws.
Hoe vaak per jaar koop je kunst? Koop je werk in oplage of liefst uniek werk?
Ik heb het nooit geteld, maar ik koop zeker tien keer per jaar een kunstwerk. En soms ook wel een paar per week. Ik zeg wel eens: ‘Het laatste wat ik nodig heb is een nieuw kunstwerk, en het eerste wat ik koop is ook een nieuw kunstwerk.’ Of het in oplage is of uniek, dat maakt mij niet uit. Het gaat er om of het werk mij iets doet en hebberig maakt. Dat werkt bij mij heel intuïtief. Ik vind het fijn als ik de olieverf nog kan ruiken. Als ik eenmaal werk van een kunstenaar heb dan blijf ik haar/hem volgen en koop ik vaak om de paar jaar nieuw werk er bij. Ik trek met die reeks van werken om mij heen in mijn huis en op mijn kantoor zo jaren op met sommige kunstenaars.
En waar koop je dan: in de galerie, op een kunstbeurs, op een veiling of online?
Ik koop het liefst bij een galerie. Een goede galeriehouder voegt iets toe aan het kunstwerk en het oeuvre van de kunstenaar. Kunstenaars kunnen soms minder goed spreken over hun eigen werk of wat hen aanspreekt bij andere kunstenaars dan galeriehouders. En ik vind het niet prettig om rechtstreeks tegen een kunstenaar te moeten zeggen dat het werk mij niet zo aanspreekt. Ik koop ook wel op een kunstbeurs als Art Rotterdam of Unseen, maar dat gejaagde gedoe op de eerste dag spreekt me wat minder aan. De tweede dag op een beurs is veel leuker.
Is het belangrijk dat jij en je partner het altijd eens zijn over een aankoop? Hoe beslis je/jullie?
Mijn vrouw geeft mij gelukkig de vrije hand. Kunst aankopen is bij mij geen democratisch proces. Over wat ik thuis in het zicht ophang, hebben we wel overleg.
In Rotterdam kom ik al lang bij Cokkie Snoei, Wilfried Lentz en PHŒBUS•Rotterdam. Ron Mandos is ooit uit Rotterdam naar Amsterdam vertrokken, en bij hem kom ik nog steeds heel graag. In Amsterdam volg ik vooral Upstream, Hofland, Onrust en Stigter Van Doesburg. Ik ga niet naar openingen en diners. Ik kom echt om kunst te kijken, een glaasje te drinken en een goed gesprek te voeren wanneer ik iets goeds zie. Ik geniet ook van het enthousiasme van deze galeriehouders.
Als je onbeperkt budget had, van wie zou je dan een werk aankopen?
Zo denk ik eigenlijk nooit. Ik koop wat ik wél kan betalen. Maar van een schilderij van Lucian Freud, David Hockney of Nicolas de Staël zou ik wel erg blij worden. Of een heel groot donker schilderij van Pierre Soulages: bezoek vooral zijn prachtige museum in Rodez, in Zuid-Frankrijk.
Wie zijn je favoriete kunstenaars (op GalleryViewer), en waarom?
Gallery Viewer is een soort snoepwinkel, en ik houd van veel verschillende kunstenaars. Bij verschillende stemmingen horen ook verschillende werken en kunstenaars. Ik houd van Nederlandse kunstenaars of kunstenaars die hier werken, ook als een vorm van support your local artists. Zouden onze grote musea ook eens echt moeten doen, nu zijn het heel vaak alleen overzichtstentoonstellingen na dertig jaar. Musea doen ‘onze’ kunstenaars en hun blik op de wereld tekort. Na jaren tekent zich bij mij een voorkeur af voor portretten en landschappen. Portretten trekken je naar het werk toe en landschappen geven juist vaak meer ruimte om je heen.
Ik houd van de stevig geschilderde portretten van volwassenen van Ina van Zyl met haar eigen donkere kleurenpalet en van de kinderen en pubers van Katinka Lampe, die met dunne verflagen hun blik zo goed weet te treffen.
Maar ook mooie foto’s van doorleefde gezichten van oudere mensen van Pieter Hugo of de door Amie Dicke uitgesneden of afgeschuurde portretfoto’s uit magazines. Goede portretten zijn eigenlijk ook landschappen.
Ik krijg lucht van de oneindige en lege landschappen van Koen Vermeule en van de schilderijen van Robert Zandvliet, die nooit mensen schildert, maar alleen flarden van de natuur.
Maar ik houd ook erg van de abstracte werken van Frank Ammerlaan, die zich steeds vernieuwt en veel materiaalonderzoek doet. Vroeger de veelkleurige olievlekken op doek en nu de met gebutst lood beslagen doeken.
Weer heel anders zijn de ritmische maar abstracte zwarte potloodtekeningen van Alexandra Roozen (NL = US Art & Galerie Roger Katwijk) , waarin het licht lijkt te ontstaan.
Ook kijk ik vaak naar de keramieke en feministische beelden van Anne Wenzel, die weelderig zijn met heel veel extraverte power en qua onderwerpen spot on zijn in deze tijd. Zoals beelden van oorlogshelden, gezien door de ogen van de overwinnaar, maar waar het bloed van hun slachtoffers vanaf druipt. Deze beelden laten al langer zien dat onze blik op de geschiedenis verandert in de loop van de tijd.
Tenslotte ben ik erg benieuwd naar de komende tentoonstellingen van fotograaf Frank van der Salm met zijn voorliefde voor architectuur in de stad en de veelkleurige schilderijen met talloze vlakken van Daniel Mullen bij Frank Taal in Rotterdam.