Tim ter Wal noemt zichzelf detailkunstenaar. Daar is niks aan gelogen, zal iedereen beamen die zijn tekeningen van industriële complexen en stadsgezichten heeft gezien. Ter Wal werkt namelijk ieder detail volledig uit. Van de stalen buizen en de rasters, tot de schoorsteenpijpen de rook eruit komt en de rollende banden: alles is tot in het kleinste detail uitgewerkt. “Elk detail dat je in je dagelijkse omgeving ziet, maar ook wat je aantreft in een gebouw of landschap, moet volledig in een tekening terugkomen.”
Dat uitwerken doet de autodidact met vaste hand. Alles wat je ziet, tekende hij zonder liniaal, passer of sjabloon en uit het hoofd. Het resultaat zijn minutieus uitgewerkte tekeningen waarnaar je eindeloos kan blijven kijken, want iedere keer valt een ander detail op.
De solotentoonstelling van Tim ter Wal is tot en met 19 januari te zien bij de Untitled Gallery in Rotterdam.
Waar is je atelier en kan je beschrijven hoe het eruit ziet?
Mijn atelier is gewoon bij mij thuis, in mijn appartement in Almere. Ik heb een speciale verstelbare tekentafel waaraan ik werk, maar verder is het een vrij sobere ruimte waar ik mij doorgaans bezig houd met mijn tekeningen.
Hoe ziet een typische werkdag eruit? Heb je routines, staat er muziek aan, of juist niet? Ontvang je bezoek of werk je juist urenlang in opperste concentratie?
Over het algemeen werk ik gemiddeld zo'n 8 uur per dag aan mijn tekeningen. Tijdens het tekenen heb ik altijd een rustig muziekje op de achtergrond, daarmee kan ik mij volledig concentreren op mijn bezigheid. En de dagen dat ik aan het tekenen ben ontvang ik maar zelden tussendoor bezoek. En hoe mijn tekendag er precies uitziet kan redelijk verschillen. Op dagen dat het mooi weer is, ga ik er ook op uit, naar een park of het bos om zo tijdens het wandelen mijn hoofd leeg te maken, en zo ook eventueel nieuwe inspiratie op te doen. Tijdens het tekenen zelf houd ik ook met regelmaat plus minus een klein kwartiertje pauze, om zo vervolgens weer ongeveer een uur te kunnen focussen op mijn tekenwerk.
Gefeliciteerd met je solotentoonstelling bij Untitled Gallery. In het persbericht noem je jezelf een detailkunstenaar. Wie je tekeningen ziet, snapt het meteen. Wanneer werd voor jou duidelijk dat je ieder detail kon tekenen?
Als kind had ik al een extreme focus op bepaalde gebouwen, landschappen en voorwerpen. En wilde al deze dingen toen al zo gedetailleerd mogelijk op papier krijgen. Ik heb zo het tekenen volledig van uit mezelf ontwikkeld, en ben dus 100% autodidact. Elk detail dat je in je dagelijkse omgeving ziet, maar ook wat je aantreft in een gebouw of landschap, dat moet dan ook volledig in een tekening terugkomen.
Wat voor potloden gebruik je en waarom juist deze?
Ik heb een HB vulpotlood van 0,5 millimeter, daarnaast gebruik ik ook willekeurig gewone grijze potloden van verschillende kwaliteiten en hardheden om zo in mijn werken het juiste contrast te krijgen. Al mijn werken zijn altijd standaard getekend met grijs potlood.
Ik las dat je zonder passers, sjablonen of liniaal werkt. Wat is je geheim?
Dat klopt helemaal: al mijn tekeningen komen geheel vanuit mijn vaste hand. Omdat ik het zo van mezelf heb aangeleerd kan ik mijn hand tijdens het tekenen zodanig beheersen dat ik zonder liniaal de lijnen kaarsrecht op papier kan zetten. Tijdens het tekenen breng ik met de hand beetje bij beetje de contouren aan waardoor het perspectief in zijn geheel klopt. Het is eigenlijk ook geen geheim van mij, ik weet gewoon van mezelf niet beter dan dat ik op deze manier mijn tekenwerken op papier zet.
Behalve een aantal stadsgezichten zijn er tekeningen van fabrieken te zien. Wat trekt je aan aan dat onderwerp?
Als kind had ik al een zeer grote fascinatie voor industrie. Veel fabrieken bestaan uit grote en zeer imposante gebouwen. De schoorstenen, pijpleidingen en transportbanden die je veelal bij grote industrie aantreft zijn voor mij markante blikvangers die oneindig veel details bevatten, dat geeft mij oneindige inspiratie om dat te kunnen tekenen. Op eenzelfde manier pakt architectuur mij enorm. Als kind had ik de droom om architect te worden, maar heb mij uiteindelijk geheel gericht op het tekenen.
Je hebt een vrij uniek oeuvre, er zijn niet veel mensen die op dit detailniveau kunnen tekenen. Zijn er kunstenaars met wie je je verwant voelt?
Ik heb zelf een boek van Escher. Net als ik had hij een oog op de meest kleine details die hij verwerkte in zijn surrealisme. Omdat hij een geheel eigen unieke stijl heeft dat door geen enkel andere kunstenaar is te evenaren, spreken zijn werken mij ook enorm aan. Ik heb zelf ook mijn eigen stijl weten te ontwikkelen, mede door dat ik nooit een les of opleiding heb gevolgd.
Is er een bestaande ruimte die je graag nog eens zou tekenen?
Ondanks dat ik alles volledig vanuit mijn hoofd als pure fantasie teken, haal ik mijn inspiratie doorgaans op uit bestaande plekken. Voornamelijk TATA steel (Voormalig Hoogovens IJmuiden), en Chemelot in Geleen, vormen mijn grootste inspiratiebronnen. Maar wat betreft de bestaande ruimte/plekken is Split in Kroatië op dit moment in trek. De oude historische binnenstad met de vele oude bebouwingen waarin je op veel plekken licht verval ziet fascineert mij enorm. Waardoor ik al vanuit inspiratie diverse tekeningen van deze stad heb gemaakt.
Waar werk je op dit moment aan?
Op dit moment ben ik bezig aan een stadsgezicht gebaseerd op een stadje op het Italiaanse schiereiland Sicilië.