Schilderen is een kwestie van stil zijn. Toch blijven we er het gesproken woord aan toevoegen, wat altijd heel problematisch is. Maar het verlangen om erover te schrijven blijft bestaan, en benadrukt de aard van de onweerstaanbare fascinatie die het op ons uitoefent. Voor Luc Tuymans “moeten beelden – wanneer ze een indruk op ons willen maken – een verschrikkelijke stilte in zich dragen”.
”Schilderijen zijn stille objecten. Ze vertellen ons niet wat we moeten doen”, voegt Marlene Dumas toe. De werken van Damien Cadio wijken niet af van deze stilte. Hun poëtische titels verwijzen naar toespelingen en dwaalsporen die ons verder afleiden naar donkere en woelige wateren.
Voor Damien Cadio (1975, Frankrijk) is de rand van zijn canvas de rand van een lens. Daarachter schuilt zich een transcendente wereld. In die bijzondere wereld ontvouwt zich een wisselwerking, waarbij elk schilderij minder een stilleven wordt en meer een scène binnen een bijzonder moment, onmerkbaar bewegend. Hij fotografeert zijn onderwerpen vanuit verschillende hoeken voordat hij een eerste verfstrook op zijn doek aanbrengt. Daarom zorgen de grenzen van de schilderijen ervoor om ons te verwarren, om ons te desoriënteren in een scène buiten het kader, waardoor een spanning ontstaat tussen wat zichtbaar is en de gebeurtenissen eromheen die tot hun ontstaan hebben geleid. Deze sluier van mysterie en waargenomen gewichtloosheid creëert een zenuwslopende stilte, een gevoel van een naderende dreiging. Zijn beelden laveren tussen de zwaarte van het fysieke en historische en tussen de themas van vandaag en de tijdloze schilderstechnieken van vroeger.