Charlie De Voet SLOW COLOURS FAST SHOW
Als kunstenaar Charlie De Voet (°1977, Ronse) het heeft over trage kleuren, dan gaat het niet alleen
over de stolling van de vele lagen olieverf die dun en dik door elkaar worden gesmeerd. Het gaat ook
en vooral over de veelvuldige mengsels van kleuren die zijn typische gedempte palet zijn gaan vormen.
Hij gebruikt dus geen zuivere kleuren, maar vermengt lichte en donkere tinten, waarbij de verf alla
prima vertrekkend vanuit het centrum naar de randen van elk doek wordt uitgestreken. De cocktail van
kleuren ontstaat dus nat-in-nat en rechtstreeks in één schildersessie tot een groen grijs koloriet lijkt te
overheersen. In die zin is het ogenschijnlijk monochroom oeuvre met een donkere tonaliteit dus eerder
als polychroom te beschouwen. Hij tracht immers met zo weinig mogelijk beeldelementen zo veel
mogelijk uitdrukkingskracht te verkrijgen, waarbij de complexiteit verscholen zit in de mengeling: een
minimaal vertrekpunt met een maximale veelkleurigheid.
Elk werk wordt daarenboven zo veel mogelijk vlak getrokken waarbij de individuele penseelstreken
weggewerkt lijken zodat de reflectie verdwijnt. Organisch ontstaan pure vellen verf en samengestelde
oppervlakken die hij kan losmaken, uitsnijden en oververplaatsen. Die uitgepuurde eenvoud en
sereniteit contrasteert evenwel met zijn intensieve onderzoek rond materie, waarbij hij de ingrediënten
van een traditioneel schilderij als het ware door elkaar haalt: hout, doek en olieverf, maar ook staal,
gaas en wasknijpers. Charlie De Voet maakt ruimtelijkheid tot de kern van zijn schilderkunst. Soms
gebeurt dat heel concreet in de vorm van een handdoek of tentzeil en soms speelt het zich af op een
meta-niveau met verwijzingen naar de kunstgeschiedenis, zoals Lucio Fontana, Ugo Rondinone of Mark
Rothko. En dankzij de gestage droogtijd ontstaat een specifieke huidvorming, een soort rimpeling in
de verflagen, wat de materialiteit en dieptewerking versterkt.
Charlie De Voet brengt hier vooral abstracte composities die verschillende dimensies uitdagen tot ze
sculpturale installaties worden. Hij schildert met een ruimtelijk karakter: elke verflaag beweegt, schuift
van het doek of hapert aan een toevalligheid. De spanning tussen de tweede en de derde dimensie
verschijnt in de vorm van een oranje-gele buiging met een uitdeinende schaduw op de muur, in de
voelbare wond van een in tweeën gespleten rode gloed of als een dik opeengestapeld afgeschraapt
hoekje. En terwijl een mystieke stilte zindert in het overgrote deel van de tentoonstelling, duikt
tegelijkertijd ook af en toe een glimlach op bij het ontdekken van een baldakijn, vlaggenstok of
vogelkastje. Als een reactie op de huidige omstandigheden, de pandemie en het globale effect op
kunst en cultuur, komt het feestgedruis zachtjes binnenwaaien. De transformatie naar meer openheid
en vrijheid blijft evenwel nog fragiel, maar er groeit ruimte voor humor, een spel met verf, vorm, kleur
en licht. En figuratie. Zo nu en dan.
In zekere zin biedt deze tentoonstelling een waaier aan mogelijkheden. In een snel tempo verschijnt de
potentie van schilderkunst, worden de grenzen van materiaal en representatie afgetast en zijn de
werken aanleidingen tot communicatie. En hoewel de kunstenaar zo waarachtig mogelijk zijn denken
en voelen uitdrukt, lijkt hij zich soms te verschuilen in een tent, in een landschap of een bunker. De
kunst verschijnt als een veilige haven om gedachten de vrije loop te laten, verbeeldingen ten volle te
ontplooien of te verweilen in die heerlijke stilte die alles omarmt. En laag per laag, stap voor stap
boodschappen zichtbaar te maken: “Paradoxically, my work as an artist enables me to communicate
vaguely where I fail to communicate accurately as a person.”
Els Wuyts
Mei 2021