De vrouwelijke kunstenaars en ontwerpers: Beppe Kessler, Mae Engelgeer, Joana Schneider, Kiki van Eijk en Lola van Praag, delen een fascinatie voor textiel in allerlei kleuren, materialen en gedaanten. Pien Rademakers weet met de expositie getiteld Soft! een gelaagde rode draad te weven en daarmee in te spelen op de tijdgeest waarin er een grote behoefte is aan tactiliteit.
De bekende sieraadontwerper en kunstenaar Beppe Kessler kiest niet; ze is kunstenaar èn ontwerper. Ze heeft een rijke kennis van materialen die ze niet alleen eindeloos weet te combineren, ze rekt ook de mogelijkheden tot het ultieme op. Of het nu hout, steen, verf, linnen, kurk, beton of aluminium is, met gerecyclede materialen en zelfbedachte technieken creëert Kessler met weinig middelen tactiele, zintuigen prikkelende beelden met een sterke zeggingskracht.
Ze spant secuur tricot over blokjes hout die ze tot de gewenste vorm boetseert en noemt het ‘Ingesnoerd’ Het werk draagt een spannende contradictie in zich: het lijken hard als steen en soft als een transparante stof.
Materialengek
De zelfbenoemde materialengek maakt ook van restmaterialen ‘stapelgekke’ objecten. Voor de serie ‘Whispering Pieces’ lijkt Kessler de rol van circusdirecteur perfect te beheersen: ze stapelt vele materialen in verschillende vormen op elkaar als balancerende artiesten. Met lindehout, beton, cederhout, kurk en aluminium gecombineerd met acrylverf en bladgoud, creëert ze eigenwijze kleurrijke persoonlijkheden.
‘Ik zeg hetzelfde maar verpak het elke keer anders. Mijn werken nemen verschillende gedaantes aan’, zegt Kessler. Wat je precies ziet blijft een fascinerend mysterie.
Ishoku Tatami-werken
Ook Mae Engelgeer is een kunstenaar en designer die zich begeeft op het snijvlak van beide disciplines. Ze werkt veelal voor internationale opdrachtgevers, maar voor Rademakers Gallery maakt ze vrij werk. Driedimensionale ruimtelijke werken met esthetische en heldere composities die bestaan uit een grafisch lineair lijnenspel gecombineerd met een bijzonder gebalanceerd kleurgebruik. Het is kenmerkend voor het handschrift van Mae Engelgeer.
De in Japan in traditionele stijl vervaardigde Tatami-matten van geweven igusa-stro die worden gebruikt als vloerbekleding, vormden de inspiratie voor de decoratieve Ishoku Tatami-wandwerken. Engelgeer werkte samen met de in Kyoto gevestigde Tatami-maker Mitsuru Yokoyama aan een serie machinaal geweven maar met de hand vervaardigde speelse en grafische werken waarmee ze traditie met het hedendaagse verweeft.
Ook voor het tweeluik is Japan een inspiratiebron. In het TextielLab van het Textielmuseum, waar ze ook Bold Weave vervaardigde, componeerde ze intuïtief met samples van eerdere textiele ontwikkelingen. Het laat ribstructuren zien in een grafische vertaling van de geroeste golfplaten muren die ze in Japan fotografeert.
Nieuwe Rietdekkerin
Joana Schneider duidt de huidige tijd waarin kunstenaars hun blik meer buiten de stad richten, naar het platteland, op zoek naar contact met de natuur, naar ruwe, natuurlijke materialen als tegenhanger van kunststoffen. Ze slaan een brug tussen de natuur en het technologietijdperk door tactiele, handgemaakte werken te creëren als pendant van onze koude computerschermen.
Schneider combineert altijd al traditionele technieken van Nederlandse ambachtsmensen en materialen als afgedankte visserstouwen en garens van gerecyclede PET-flessen en laat ons nadenken over fenomenen als handwerk en ambacht die in onze hedendaagse (digitale) wereld niet meer op waarde worden geschat, evenals over typische mannenberoepen als visser en rietdekker. Als hommage maakte de kunstenaar en materiaalonderzoeker ‘Die Rietdekkerin’ waarvan een nieuw werk in de serie tijdens Soft! wordt getoond. Het portret van een vrouwelijke rietdekker heeft iets weg van een Japans schilderij en heeft een nieuw kleurschema, maar is met dezelfde techniek op een zelfontwikkelde machine vervaardigd. Hierbij wikkelt Schneider glanzende garens om visserstouwen en om bosjes riet. Door meerdere kleuren om één touw te wikkelen ontstaat een vloeiend kleurverloop, alsof ze schildert met garens, maar het ambachtelijk gemaakte werk heeft tegelijkertijd een glitchy digitaal gevoel; de afzonderlijke kleuren roepen de associatie op met pixels.
Daarnaast creëert ze ook nieuwe organische vormen met het visserstouw. De kleine, verfijnde objecten ogen als futuristische organismen.
Vrouwelijke bollenpeller
De textielkunstenaar en modeontwerper Lola van Praag gebruikt weer andere technieken zoals appliqueren, borduren, digitaal printen, zeefdrukken en industriële breitechnieken om complexe textiele werken te maken waarin haar liefde voor de natuur tot uiting komt. In Zweden, waar ze een masteropleiding Textielontwerp volgde, leerde ze werken met industriële breimachines. Het resulteerde in de serie getiteld 'It's Not a Flower' waarin ze het thema vrouwelijke seksualiteit en de weergaven hiervan in verschillende media onderzocht. Ze gebruikte de symboliek van de bloem in verschillende kunstuitingen - van renaissanceschilderijen tot moderne fotografie.
Voor de wandobjecten zocht de textielkunstenaar het dichter bij huis: de Bollenstreek. Van Praag verwerkt de Nederlandse geschiedenis van de tulp in een op de breimachine vervaardigd floraal werk van een vrouwelijke bollenpeller op het veld, maar ook van een vaas met tulpen waarvan de barst symbool staat voor de onrustige tijd waarin we leven. Haar monumentale werken zijn een uitvloeisel van experimenten op de industriële breimachine van het Textielmuseum waarbij ze net als Mae Engelgeer handmatige met het machinale combineert.