Het recente werk van Thomas Raat (1979) is een beeldend onderzoek naar het spanningsveld tussen autonome en toegepaste kunst. In zijn werk zoekt hij naar het kantelmoment waarop radicaal denken en noties van de avant-garde worden omarmd door ‘de massa’ en vervolgens huiselijk en alledaags worden. Daarbij kijkt hij naar de 'spin-off' van de progressieve stromingen in de beeldende kunst, zoals De Stijl, in de eerste helft van de 20ste-eeuw.
In zijn werk speelt Raat met het archetype van het modernisme en gebruik hij bepaalde archetypische kenmerken van De Stijl. Raat gebruikt zelden primaire kleuren, maar daarvan afgeleide kleurtonen die hij er verouderd uit laat zien. Daardoor lijkt het alsof de tijd de kleurechtheid, en daarmee de oorspronkelijke zeggingskracht heeft aangetast.
De beeldtaal van De Stijl werd voor Raat al op jonge leeftijd de blauwdruk van hoe moderne kunst er uit zag. Raat werd geboren in Leiden en groeide op in dezelfde straat waar Theo van Doesburg destijds zijn atelier had. “Het heeft mij altijd gefascineerd dat een invloedrijke beweging als De Stijl, zo dicht bij huis is begonnen.”
In 2010 ontving Thomas Raat de Hermine van Bers Beeldende Kunstprijs. In 2003 én 2004 won hij de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. Recente solo-tentoonstellingen zijn o.a. ‘Granola’ in Galerie Juliette Jongma (2017), ‘Standards’ in Onomatopee, Eindhoven (2016), ‘Archetypes and Residues’ in Schunk*, Heerlen (2015), ‘D.A.A’ in Dover Street Market, Beijing (CN) (2015) en ‘2.II’ in ANDOR Gallery, Londen (UK) (2015). Raat nam deel aan diverse groepstentoonstellingen, waaronder: ‘Neotrism’, NEST, Den Haag (2015), ‘Sieg über die Sonne’, Galerie Rupert Pfab, Düsseldorf (DE) (2014), The Experimenters Dillema, galerie Transit, Mechelen (2013) en in Galerie BolteLang, Zürich (CH) (2013).