In Galerie Ron Mandos is tot en met 17 oktober een spectaculaire solotentoonstelling te zien van Isaac Julien. De gerenommeerde Britse kunstenaar, die eerder werd genomineerd voor een prestigieuze Turner Prize, eert hierin enerzijds een baanbrekend historisch figuur, en gaat anderzijds dieper in op de ingewikkelde relatie tussen fotografie en mensen van kleur.
Een centraal figuur in deze tentoonstelling is de beroemde Amerikaanse abolitionist Frederick Douglass: een tot slaaf gemaakte man die erin slaagde te ontsnappen aan zijn gevangenschap. Hij werd een gevierd auteur en filosoof, een poëtisch spreker en een bevlogen activist die zich inzette voor gelijke mensenrechten - waaronder ook het vrouwenstemrecht - en zich fel verzette tegen slavernij. Douglass werd een leider binnen de abolitionistische beweging en werd beroemd vanwege de honderden wervelende speeches die hij gaf in Amerika en Europa. In deze tentoonstelling zie je wat er gebeurt als je zo’n opmerkelijk levensverhaal in handen legt van een veelgeprezen kunstenaar.
In Galerie Ron Mandos is op dit moment zijn verbluffend mooie en meeslepende film ‘Lessons of the Hour’ te zien. Hierin toont Julien een reconstructie van verschillende toespraken die Douglass hield, maar ook diverse inkijkjes in zijn persoonlijke leven en de tijd (of specifieker: de Zeitgeist) waarin hij leefde. Soms speelt Julien met een transhistorisch randje, door het publiek van deze speeches te vormen uit zowel hedendaagse als 19e-eeuwse luisteraars. De speeches maken hoe dan ook pijnlijk duidelijk welke lessen nog steeds niet geleerd zijn. Voor de teksten werkte Julien samen met professor en Douglass-expert Celeste-Marie Bernier, die verbonden is aan de University of Edinburgh. Samen creëerden ze wat Julien beschrijft als een reeks ‘tableaux vivants’. Julien filmde ‘Lessons of the Hour’ op verschillende locaties die van belang zijn geweest voor Douglass, waaronder zijn huis in Washington DC en de Royal Academy of Art in Londen.
In de film wordt een aanzienlijke rol gereserveerd voor een aantal belangrijke vrouwen in zijn leven, waaronder zijn eerste vrouw Anna Murray Douglass, met wie hij 44 jaar getrouwd was, tot aan haar dood. Anna was zelf ook een vrijheidsstrijder, activist en politiek denker, die nauw betrokken was bij de beroemde Underground Railroad, een netwerk dat gevluchte slaven in veiligheid bracht. Julien: “Ik wilde haar in mijn werk op een meer historisch-revisionistische manier op de voorgrond plaatsen.” Julien toont ook Douglass’ tweede vrouw Helen Pitts, een vrouwenkiesrecht-activist, naast de Britse abolitionisten Anna en Ellen Richardson. Zij zamelden geld in om Douglass officieel te bevrijden na zijn ontsnapping, waardoor hij als vrij man kon terugkeren naar Amerika. Je ziet verder onder meer Ottilie Assing voorbijkomen, die er met haar Duitse vertalingen voor zorgde dat het werk van Douglass ook voorbij de Engelstalige landsgrenzen aan bekendheid won. Daarnaast komen beroemde en bevriende activisten als Susan B. Anthony en Ida B. Wells aan bod. Er is daarbij ook veel aandacht voor J.P. Ball, een baanbrekende Afro-Amerikaanse fotograaf wiens atelier veelvuldig in beeld komt in de film. De ferrotypie (tintype) foto’s die door de personages worden gemaakt in de film worden onderdeel van het bredere kunstwerk. Je ziet in de tentoonstelling in Galerie Ron Mandos bovendien originele 19e-eeuwse fotografie, naast een reeks adembenemende beelden uit de film, die in compositie duidelijk verwijzen naar beroemde en minder beroemde schilderijen uit dezelfde periode — maar dan met zwarte hoofdpersonages.
Maar Julien zag in Douglass niet alleen een formidabel spreker en schrijver, maar ontdekte ook dat hij interessante denkbeelden had over de macht van fotografie. Douglass beschouwde fotografie als een bevrijdend en ‘empowering’ instrument, waarmee een alternatief geboden kon worden voor de alomtegenwoordige en mensonterende karikaturen door witte mensen. Tegelijkertijd zei hij: “Taal is koud, waardeloos en levenloos als het gaat om het herinneren van de realiteit van slavernij.” Fotografie bood daarom een krachtiger alternatief. Julien: “Douglass was de meest gefotografeerde man van de 19e eeuw, hij werd nog vaker vastgelegd dan president Lincoln. Hij was overtuigd van de kracht van beelden en was met name geïnteresseerd in fotografie vanwege de autonomie die het hem gaf over zijn eigen zelfrepresentatie, in tegenstelling tot mensen die op stereotype wijze werden vastgelegd; zwarte mannen en vrouwen werden op denigrerende manieren gepresenteerd. Douglass zag fotografie als een redder in het vertegenwoordigen van een regime van waarheid of een persoon.” Douglass werd door die veelvuldige fotosessies zo beroemd dat het, gezien zijn verleden, noodzakelijk werd om Amerika tijdelijk te verlaten. Hij bracht vervolgens twee jaar door in Edinburgh. Julien: “Het werken aan ‘Lessons of the Hour’ bood een kans om een diepere blik te werpen op de manieren waarop Douglass over fotografie schreef. Dat verbaasde me namelijk oprecht. Hij schreef hier over voordat Walter Benjamin schreef over esthetische theorie. Ik zag ook een duidelijke link met mijn eigen kunstenaarspraktijk. Het trekt me zowel in esthetische als in filosofische zin erg aan omdat ik me ook bezighoud met fotografie en beeldvorming.”
Later concludeerden verschillende academici overigens dat de relatie tussen fotografie en mensen van kleur buitengewoon gecompliceerd is, en zeker niet zonder meer positief. Julien zei hierover in 2016: “Als we denken aan de film- en fotoindustrie, dan weten we dat we te maken hebben met een technologie die allesbehalve neutraal is, in het bijzonder als het gaat over hoe zwarte mensen zijn behandeld. Dan hebben we het niet alleen over de technologieën zelf (die werden afgestemd op lichtere huidtinten) maar ook over de regels en technologieën rondom representatie. Die moeten worden herschreven om een bepaalde esthetiek te kunnen articuleren. Ik beschouw het maken van mijn werken daarom als een daad van esthetisch herstel. Het gaat om het ongedaan maken van een zeer krachtig regime van dominante effecten, die een behoorlijk bombardement vormen voor iedere persoon van kleur die opgroeit, of deel uitmaakt, van een cultuur die dominant wit is — en dan vooral in de foto- en filmindustrie.”
De film ‘Lessons of the Hour’ resoneert, zeker in een periode waarin systemisch racisme en Black Lives Matter een prominentere rol hebben gekregen in het politieke en sociale discours. Je kunt in de tentoonstelling bovendien ook Julien's eerste film ‘Who Killed Colin Roach?’ (1983) zien, een film die hij maakte tijdens zijn studie. Hierin reflecteert hij op de dood van de 23-jarige Colin Roach, die in 1982 werd neergeschoten op de trap van een politiebureau in Oost-Londen. De buurt geloofde weinig van het schimmige officiële verhaal van de politie en kwam in opstand — een pijnlijke parallel met het heden, bijna veertig jaar later.
Isaac Julien staat bekend om zijn (multi-screen) filminstallaties en foto’s, waarmee hij dieper ingaat op onderwerpen als ras, representatie, diaspora, dekolonisering, queer ervaringen en de manieren waarop we gebeurtenissen (collectief) herinneren. Julien vermengt in zijn werk verschillende artistieke disciplines, waaronder dans, muziek, theater, schilderkunst en beeldhouwkunst. Hij studeerde schilderkunst en film aan de Saint Martin's School of Art in Londen en verwierf bekendheid met zijn werk ‘Looking for Langston’ (1989), een poëtische dramadocumentaire over de queer Amerikaanse dichter en activist Langston Hughes, een invloedrijk figuur binnen de Harlem Renaissance van de jaren twintig. Het prijswinnende werk van Julien is opgenomen in de collecties van musea als het Guggenheim, het MoMA, Tate, de Royal Academy, de Louis Vuitton Art Foundation en Centre Pompidou. Zijn werk was bovendien te zien tijdens Documenta XI. In 2017 werd Julien benoemd tot Commandeur in de Orde van het Britse Rijk (CBE) en hij ontving daarnaast verschillende onderscheidingen, waaronder The Royal Academy of Arts Charles Wollaston Award.