In Ellen de Bruijne Projects is tot en met 10 mei de tentoonstelling ‘Bloom & Doom’ te zien, de eerste solopresentatie van Kathe Burkhart in de galerie. De Amerikaans-Nederlandse kunstenaar werkt sinds de vroege jaren tachtig op het snijvlak van feministische beeldvorming, activisme en autobiografie. Haar conceptuele en interdisciplinaire praktijk beweegt zich tussen schilderkunst, video, collage, fotografie, performance en tekst, en wordt getekend door een herkenbare, compromisloze en uitgesproken beeldtaal.
Daarbij richt Burkhart zich op thema’s als gender, macht, representatie, performativiteit, het lichaam, exploitatie, de verhouding tussen publiek en privé, en de grens tussen fictie en werkelijkheid. Centraal staat de manier waarop vrouwelijke personages in de populaire cultuur worden geconstrueerd en gerepresenteerd. Daarbij schuwt ze de confrontatie niet: haar werk is fel, onmiskenbaar persoonlijk en uitgesproken politiek.
Burkhart werkt in langlopende series, waarin ze beeld en tekst samenbrengt in een brutale, punk-related beeldtaal met een messcherp gevoel voor humor. Sinds 1982 werkt Burkhart aan ‘The Liz Taylor Series’, een langlopende reeks waarin de Amerikaanse actrice Elizabeth Taylor fungeert als alter ego, archetype en performatief masker. De actrice wordt daarbij een symbool en indirect zelfportret waarmee Burkhart meer diepgaande vragen kan stellen over vrouwelijkheid, identiteit, roem, macht en de intersectie daarvan — en het patriarchale systeem dat daarachter schuilt. Daarbij gaat ze ook dieper in op de gaze: de machtsdynamiek tussen kijken en bekeken worden. Het werk van de kunstenaar is overigens op meerdere manieren gestoeld in academische literatuur.
Burkhart baseert haar werken op haar persoonlijke archief van beelden van Elizabeth Taylor, variërend van filmstills en publiciteitsbeelden tot paparazzifoto’s. Het leven van de actrice werd gedurende haar hele leven breed uitgemeten in de pers, ook al trok ze zich daar niet al teveel van aan. Die beelden vertaalt Burkhart vervolgens naar grote schilderijen met expliciete teksten, waarin ze Taylor verbeeldt als diva, slachtoffer, verleider of rebel. In deze kleurrijke schilderijen duiken regelmatig elementen op als nepbont, neptatoeages, plakplaatjes en persoonlijke, autobiografische objecten. De schilderijen balanceren ergens tussen zelfportret en maatschappijkritiek. Ze zeggen iets over de rollen tot op de dag van vandaag worden opgelegd aan vrouwen en gendernonconforme personen. Burkhart eist in zekere zin het zeggenschap op over deze beeldvorming.
In de tentoonstelling in Ellen de Bruijne Projects zijn verschillende werken uit deze serie te zien, waaronder recente schilderijen, waarin Engelstalige en Nederlandstalige scheldwoorden en slogans functioneren als visuele statements. Sommige werken hebben iets weg van de cover van een tabloid.
Burkharts visuele strategieën zijn onlosmakelijk verbonden met taal. Ze gebruikt woorden als wapens, als instrumenten van controle en bevrijding. Samen met de beelden ontstaat er een spanning die de kijker dwingt tot reflectie, verwarring of verontwaardiging. De kijker wordt geconfronteerd met vrouwen als luidruchtig, radicaal, dominant, lomp, bitchy en nonconformerend, precies dat beeld dat schuurt met traditionele opvattingen van wat een vrouw zogenaamd zou moeten zijn. Maar Burkhart gebruikt deze woorden niet alleen als provocatie, maar ook als strategische interventies die de blik van de toeschouwer sturen. Ze verstoren het beeld (en de klassieke representatie van vrouwen) en eisen ruimte op. In combinatie met zelfgeschreven teksten, feministische literatuur en persoonlijke documenten werpt Burkhart licht op de constructie van identiteit in een door media gedomineerde cultuur. De werken confronteren en geven een vorm aan woede, pijn en een geleefde ervaring, maar scheppen ook ruimte voor een andere manier van kijken.
In de achterruimte van de galerie toont Burkhart haar nieuwe videowerk ‘Out of Time’ (2025). Deze film is opgenomen op Times Square en in de Keukenhof, plekken die voortdurend worden vastgelegd en geconsumeerd, bijvoorbeeld op social media. Burkhart combineert deze beelden met haar eigen dagboekfragmenten en poëzie en met citaten van T.S. Eliot en Martin Heidegger. De film reflecteert op tijd, vergankelijkheid en de fysieke ervaring van ruimte en overgangsgebieden, en vormt een introspectieve tegenhanger van de luidruchtige schilderijen in de voorruimte. Dit werk gaat over de ervaring van tijd, die voor- en achteruit springt.
Kathe Burkhart werd in 1958 geboren in Martinsburg, West Virginia, en studeerde aan het California Institute of the Arts. Tegenwoordig verdeelt ze haar tijd tussen New York en Amsterdam. Haar werk was eerder te zien in het Whitney Museum, MoMA PS1, The New Museum en het Brooklyn Museum, de Biënnale van Venetië, The Art Institute of Chicago, het Stedelijk Museum en SMAK in Gent. Haar werk maakt deel uit van de collecties van onder meer het Whitney Museum, The Art Institute of Chicago, Moderna Museet in Stockholm, SMAK in Gent, het Stedelijk Museum en het Amsterdam Museum. Naast haar beeldende werk is Burkhart ook actief als schrijver. Ze publiceerde poëzie, essays en vier boeken en schreef onder andere voor Artforum, Hyperallergic, Cultural Politics, FlashArt en Women and Performance. Haar archief werd in 2016 opgenomen in de collectie van NYU, waar ze zelf jarenlang doceerde. Een jaar later ontving de kunstenaar een prestigieus Guggenheim Fellowship.