Met 'Doppelmensch' toont Galerie Maurits van de Laar twee kunstenaars die veel met elkaar gemeen hebben: Martin Assig en Dirk Zoete. Beiden combineren simpele geometrische vormen met een naïeve, maar krachtige beeldtaal. Na dertien jaar maakten ze weer samen een tentoonstelling. ‘Het is een wenstentoonstelling van beide kunstenaars.’
Galeriehouder Maurits van de Laar weet het nog als de dag van gisteren. Midden jaren negentig ontving hij voor Art Cologne een lijst met Duitse kunstenaars die deelnamen aan een uitwisselingsproject van het Goethe Instituut. Hij was niet onder de indruk van het werk, totdat hij onderaan de lijst het werk van Martin Assig zag. Van de Laar was er direct van ondersteboven van Assigs inkttekeningen: ‘Wat is dit ontzettend goed’.
Sindsdien werkt Van de Laar met Martin Assig. De Duitser (geb. 1959) maakte internationaal naam met werk op papier dat zich richt op de basale dingen van menselijk bestaan, zoals de relatie tot de ander, de wereld, het leven en tot de dood. In de galerie is nu een nieuwe serie inkttekeningen hem te zien. ‘Hij wilde terug naar de bron’, aldus Van de Laar over de serie waaraan Assig in 2023 begon.
De tentoonstelling ontleend zijn titel aan een van de inkttekeningen. Op de kleine tekening zien we een boven een zwart vlak een januskop, een Doppelmensch. Een verwijzing naar de artistieke verwantschap tussen Assig en Zoete. Great minds think alike, in dit geval zijn het twee hoofden die min of meer op eenzelfde manier denken. Een aantal werken uit de serie toont een menselijk lichaam waarvan het hoofd zich buiten de tekening moet bevinden. We zien slechts de benen en de romp. Een ander terugkerend motief is een huisje dat op een bovenbeen staat of in een lichaam is geïntegreerd.
Ook is er een tekening met daarop vier gezichten met aan weerszijden een staart. Meer dan viermaal een komvormige vorm en twee strepen is het niet, maar toch beklijft de directheid waarmee Assig communiceert. ‘Het is supersimpel werk,’ zegt Van de Laar. ‘Het is kwetsbaar, maar ook heel sterk. Deze tekeningen vrij lichamelijk, maar tegelijk gaat het over het geestelijke. Bij Assig is het lichaam een kwetsbaar huis waar de ziel in zit.’
St. Paul
Ook is een aantal werken te zien uit de 'St. Paul' serie en recent werk uit de 'Seelen' serie. Met de St. Paul serie verwijst Assig zijdelings naar Paul Klee die in zijn werk meerdere stijlen en motieven gebruikte. Met deze serie, waaraan Assig in 2009 begon, heeft hij in feite een vrijplaats voor zichzelf geschapen. Een plek waar hij kan verwijzen naar andere kunstenaars en zijn eigen werk en concrete mensfiguren kan afwisselen met abstracte patronen en vormen.
Die afwisseling zie je tussen verschillende vormen en technieken zie je terug in de selectie die in de galerie te zien is. Achter in de galerie is werk te zien waarin Assig net als Klee taal en beeld combineert. Zo is er onder meer een metaforisch stratenplan met woorden die het houvast dat een stratenplan een gebruiker geeft ondergraven. Op Assigs kaart hebben de straat namen als Planung, Zufall, Möglichkeit, Denken, Fühlen en Leben.
Voor in de galerie is een zestal werken uit diezelfde serie te zien waarin tekst bijna afwezig is en dat een ander maakproces kent. De werken zijn bijna doorzichtig net als perkament. Dat is niet het geval, Assig wrijft was met een strijkbout uit over de achterkant van het papier, waardoor de werken een hele mooie verzadigde kleur hebben. Toch vinden ook deze werken thematisch aansluiting bij de inkttekeningen. In het werk 'St. Paul #1069' zien we een knielende vrouw, een motief dat vaker opduikt in Assigs werk.
Een verlate reprise
Dertien jaar geleden koppelde Van de Laar voor het eerst een tentoonstelling met Assig en Dirk Zoete. Sindsdien bewonderen de kunstenaars elkaars werk en ontstond er een vriendschap. Je zou 'Doppelmensch' kunnen opvatten als een verlate reprise. ‘Het is een wenstentoonstelling van beide kunstenaars,’ aldus Van de Laar.
Als je de werken bij elkaar ziet, is de wederzijdse bewondering vrij eenvoudig te plaatsen. Beide kunstenaar hebben een voorkeur voor eenvoudige vormen en hebben een naïeve, maar directe beeldtaal. Van de Laar vergelijkt het werk van Assig en Zoete met outsider kunstenaars: “Hun werk schuurt tegen de outsiders aan. Bij outsiders voel je dat er geen filter tussen zit. Het werk komt uit een hele eigen, directe bron en dat is wat zij ook willen in hun werk. Dat is het allerspannendste.”Van de West-Vlaamse kunstenaar Dirk Zoete (België, 1969) is een aantal etsen, tekeningen werken op papier en sculpturen te zien. ‘Zoete laat je de wereld van een kind zien, waargenomen door de ogen van een volwassene.’ Een terechte vergelijking, want bijvoorbeeld op het werk 'Alma' zien we een celliste die bestaat uit twee halve cirkels en een paar rechte lijnen, die dienen als ledematen en strijkstok. Ook kennen de tekeningen geen diepte, je ziet slechts een contour.
Die beeldtaal van cirkels, halve cirkels, rechte lijnen en haakse hoeken keert ook terug in de sculpturen van Zoete. Door de geometrische vormen lijken het een soort verre neven van neven van de suprematistische figuren van Malevitsj en de kostuums Oscar Schlemmers Triadische ballet, maar de maskers van de beelden hinten erop dat de oorsprong ook wel eens dichter bij huis zou kunnen liggen, namelijk in de folklore van de processiereuzen.
Eind maart toont Galerie Maurits van de Laar werk van Dirk Zoete op Drawing Now Paris.